Artikelen

Bipolar Drug May Spur Weight Gain, Thyroid Problems: Review 05-05-12 Klik hier
__________________________________________________________________________
Thyroid Surgery Linked to Improved Sleep Apnea Symptoms 05-05-12 Klik hier _________________________________________________________________________
Op de website van de Schildklier Stichting Nederland staan verschillende artikelen over sport 14-12-11 zie: Klik hier
__________________________________________________________________________
Schildklieraandoeningen door Nikkie Kruijs 16-05-2011 Klik hier
__________________________________________________________________________
Altered intestinal absorption of L-thyroxine caused by coffee. 01-12-11
Klik hier
__________________________________________________________________________
@HetNieuwstk : Werking schildklier natuurlijk verbeteren klik hier
__________________________________________________________________________
Informatie avond over Schildklier en Sport 13-12-10
Op 21 oktober organiseerde de werkgroep Gelderland een informatieavond over Schildklier en Sport in Arnhem. __________________________________________________________________________
Overgewicht: SOJA en Tofu waarschuwing 30-04-10
Scrollen naar NR 24: Inactivation of thyroid peroxidase by soy isoflavones, in vitro and in vivo.
__________________________________________________________________________
Check het artikel over Schildklieraandoeningen en klachten bij
sport en inspanning van N. Kruijs en J.C. IJzerman op de site van
de Schildklierstichting Nederland bij Dossiers > Wetenswaardigheden:
In het december nummer van het Schildkliermagazine komt verder een artikel
over schildklieraandoeningen en sport.
Eindelijk aandacht voor sport en inspanning!   
__________________________________________________________________________
Kan ik sporten met een trage schildklier?
Uit psychologiemagazine
Artikel van psychotherapeut Willen van de Sanden, datum uitgifte onbekend
__________________________________________________________________________
Ik ben al acht jaar moe.
Uit psychologiemagazine
Artikel van psychotherapeut Willem van de Sanden, datum uitgifte onbekend
__________________________________________________________________________
Rob Kruis voor de tweede keer Nederlands Baankampioen op de 10 kilometer (jpg)
Door Jacques van Willigenburg uit avVN-nieuws Augustus 2007 Klik hier
__________________________________________________________________________
Begeleiding bij sport is belangrijk
Interview met Nel, oprichtster van de website Schildklier en Sport
Uit het Schildklier Magazine van december 2006-van Schildklierstichting Nederland

RUBRIEK: SPORT

Interview met Nel, oprichtster van website “Schildklier en Sport”

Begeleiding bij sport is belangrijk

Nel Bitter had 10 jaar geleden een actief leven en werkte in de psychiatrie. Sporten deed ze op een niveau waar de gemiddelde Nederlander niet aan kan tippen, ze liep marathons. Het hardlopen stopte voor haar toen ze multi nodulair struma kreeg. Vanaf dat moment slikte ze Strumazol en Thyrax.

Nels spieren waren zo stijf dat ze het marathon lopen moest opgeven. Ze was zelfs zo ziek dat ze door anderen uit bed gehaald moest worden. Van haar internist kreeg Nel te horen dat ze na ‘de jodiumpil’ weer een normaal leven zou hebben, maar dat bleek anders uit te pakken. Nel had het gevoel dat haar klachten niet serieus werden genomen. De bloedwaarden waren goed, maar als ze ’s ochtends iets had gedaan, was ze de rest van de dag niks meer waard. Op een gegeven moment stond Nel weer bij haar huisarts op de stoep en raakte in gesprek met de doktersassistente. Die vertelde Nel dat ze bij een sportarts had gewerkt en dat ze een verwijzing aan de huisarts moest vragen.

Samen met de fysiotherapeut van het Preventiecentrum, een gezondheidscentrum dat is gespecialiseerd in fysiotherapie en preventieve fitness,heeft Nel een behandelplan gemaakt om haar conditie en kracht weer op te peppen. Nel was nieuwsgierig hoe andere schildklierpatiënten omgaan met sport en vroeg Schildklier Magazine een oproep te plaatsen. (Zie Schildklier Magazine van juni 2005- red.) Daar kreeg ze veel reacties op. Nel vond het zonde om hier niks mee te doen en besloot een website te maken. Zo is de http://www.webmare.nl/schildklierensport geboren. Op de website is veel informatie over schildklier en sport te vinden. Tevens staan er allerlei nuttige tips op om de conditie te verbeteren. Voor alle duidelijkheid vermelden we dat de informatie op deze website door Nel is verzameld en dus geen medische adviezen bevat.

Nel wil graag haar ervaringen delen met de lezers van dit Magazine en wil benadrukken dat ze de website nooit had kunnen maken zonder alle reacties op haar oproep. Ook is ze heel blij met de berichten die mensen achterlaten op de website.

Sport je nu weer?
Ik had met mijn hardlooptrainer een plan gemaakt hoe ik het beste in een stijgende lijn mijn conditie kon opbouwen. In het begin kon ik nog maar een kwartiertje wandelen en was daarna al moe. Daarna ging ik een minuutje hardlopen en ik mocht mijn hardslag niet hoger laten komen dan 120 p/m. Dit werd als het goed ging steeds verder uitgebreid. Na ongeveer anderhalf jaar trok ik een uur uit om daarin te hardlopen.

En ik merk als ik even niet kan hardlopen door omstandigheden, dat ik nu nog steeds weer helemaal opnieuw moet beginnen om weer mijn conditie op te bouwen. Door een bijeenkomst van de Schildklierstichting Nederland kwam ik in contact met een andere internist. Van die internist heb ik in plaats van Thyrax, Euthyrox gehad (= een ander merk kunstmatig schildklierhormoon – red.). Er ging een wereld voor mij open. Nu kan ik weer lekker fanatiek hardlopen en mijn conditie gaat met sprongen vooruit.


Tegen welke problemen loop je aan als schildklierpatiënt als je sport?
De afgelopen jaren, toen ik nog Thyrax slikte, was het moeilijk om energie vast te houden. Kracht maken, fanatiek bezig zijn lukte haast niet, want dan had ik 2 dagen nodig om weer te herstellen. Ook nu nog is het een verdeling van mijn energie. Ik moet op de langere termijn denken en ook “doen”.

De brieven die ik naar aanleiding van de oproep ontving gaven allemaal hetzelfde beeld. Men wil informatie, maar die is er helaas niet. Door het uitwisselen van ervaringen, moeten we elkaar zien te helpen. Veel ervaringen staan op de site vermeld, bijvoorbeeld over hoe anderen het sporten hebben opgepakt en hoe ze medicijnen innemen.


Hoe kan sport voor schildklierpatiënten makkelijker worden gemaakt?
Elke schildklierpatiënt, of die nu sport of niet, zou doorverwezen moeten worden naar fysiotherapie voor krachttraining om niet te veel kracht te verliezen. De aanmelding kan soms via de bedrijfsarts of werkgever. De huisarts en internist/endocrinoloog zouden een grote rol kunnen spelen om de schildklierpatiënt informatie te geven over krachttraining. De huisarts zou ook een verwijzing naar de sportarts kunnen geven. Schildklierpatiënten kunnen “sport” op verschillende manieren invullen. Het hoeven niet allemaal hoogdravende sporten te zijn. Kampioen wordt men toch niet. Misschien op je 80e, als er niemand meer in je leeftijdscategorie valt (lacht). Kortom, begeleiding is belangrijk en probeer pieken en dalen vermijden.


Zou iedereen met een schildklieraandoening moeten sporten?
Door de reacties die ik kreeg, blijkt dat het heel erg fijn is om te sporten. Het lijkt voor de schildklierpatiënt misschien een onmogelijke opgave, maar als de patiënt goed met medicijnen is ingesteld, is sporten zeer aan te bevelen. Als men onder goede begeleiding sport, dan word je levenskwaliteit veel beter en je gaat je fitter voelen. Ik vind dat je door sport beter leert om met je energie om te gaan. Als “leek” zou ik willen zeggen: het lijkt het net alsof je je lichaam dwingt om beter de medicijnen op te nemen.

Hoe zou sport meer bekendheid kunnen krijgen bij artsen?
Over dit onderwerp is nog geen informatie beschikbaar. Ik heb contact opgenomen met verschillende instanties en kreeg altijd positieve antwoorden terug, ze willen graag hier iets mee doen. Maar er moet goed samengewerkt en onderzoek gedaan worden en daar heb ik de knowhow niet voor. Het zou mooi zijn als huis-, sportartsen, specialisten en fysiotherapeuten samen gingen werken. Maar op welke manier weet ik niet. Alles hangt op dit moment zo van het toeval af. Het ligt eraan wie je treft als arts, hoe je verdere leven eruit ziet.

Net zoals bij andere ziekten zou het interessant zijn als er een landelijke voorlichtingscampagne kwam. Hier is helaas geen geld voor vrij gemaakt, de regering geeft prioriteit aan andere aandoeningen. Zie mijn website onder “dossier sport”

De patiëntenverenigingen zouden hun steentje kunnen bijdragen door meer reclame kunnen maken onder de medici. Ik denk dat, in deze tijd, waarin sport zo gepromoot wordt, er meer belangstelling voor dit onderwerp is. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport schrijft dat ze sport belangrijk vinden en dat het niet weg te denken is uit onze maatschappij.
(zie: www.minvws.nl/dossiers/sport) Laat dat ook gelden voor schildklierpatiënten!

Als er nog vragen zijn dan is Nel bereid deze persoonlijk beantwoorden. Surf naar: http://www.webmare.nl/schildklierensport en klik op “contact” (privacy is gewaarborgd).


Naschrift van de redactie: Thyrax en Euthyrox zijn verschillende merken van medicijnen die kunstmatig schildklierhormoon bevatten, de synthetische vervanger van het schildklierhormoon T4. Voor Nel lijkt Euthyrox beter te werken, maar dat geldt niet voor alle hypothereoidie-patiënten. De vraag of deze merken uitwisselbaar zijn wordt besproken in Schildklier Magazine van september 2006. Kort gezegd komt het er op neer dat je alleen onder begeleiding van een arts van merk kunt wisselen.

__________________________________________________________________________
Bijwerkingen Thyrax (pdf)
Lareb is het kenniscentrum voor bijwerkingen in Nederland. In opdracht van de overheid registreren en analyseren wij bijwerkingen van geneesmiddelen en vaccins.
__________________________________________________________________________
Bijwerkingen levothyroxine.
Bij geneesmiddel levothyroxine invullen
__________________________________________________________________________
Schildklierhormonen en spieren door Siona Slob
Uit het Schildklier Magazine september 2005 van Schildklierstichting Nederland

Schildklierhormonen en spieren

Siona Slob heeft als assistent in opleiding (aio) onderzoek gedaan naar de invloed van schildklierhormonen op spieren.
Slob kwam tot de conclusie dat niet alleen schildklierhormoon T3, zoals werd aangenomen, maar ook T4 een rol speelt bij spiervorming. Hoe meer kennis de wetenschap oplevert, hoe beter schildklierpatiënten met spierproblemen geholpen kunnen worden.

Mensen met schildklierproblemen hebben, naast hart- en gewichtsproblemen, vaak last van hun spieren.
Hoe dit komt is niet precies bekend, maar wel belangrijk om te weten.
Ruim vier jaar heb ik onder andere onderzoek gedaan naar het effect van schildklierhormonen op spieren.
Dit onderzoek heb ik gedaan als aio bij de Faculteit Diergeneeskunde in Utrecht.
Over de resultaten heb ik gerapporteerd in mijn proefschrift.

T3 en T4

Tijdens het onderzoek heb ik vooral gekeken naar wat er precies gebeurt wanneer spieren worden blootgesteld aan schildklierhormonen; oftewel het effect van twee schildklierhormonen; T3 en T4.
De schildklier is een soort fabriek die vooral het schildklierhormoon T4 (thyroxine) aanmaakt.
T4 komt het meest in het lichaam voor en de hoeveelheid in het bloed kan gemeten worden om schildklierafwijkingen
op te sporen. Lang werd gedacht dat T4 geen functie heeft, maar vooral de “grondstof” is voor het
aanmaken van T3 (triiodothyronine).
T4 wordt namelijk in de lever verwerkt tot T3. Het eindproduct.
T3 speelt een belangrijke rol bij de groei en ontwikkeling van onder andere hersenen, hart en dus ook spieren.
T3 veroorzaakt ook de effecten die bekend zijn bij mensen die hyperthyroid zijn (teveel schildklierhormoon hebben),
zoals onder meer het versnellen van de hartslag.
Steeds vaker blijkt echter dat T4 waarschijnlijk belangrijker is dan gedacht werd en dit blijkt ook uit mijn resultaten.

Eiwit; myogenine

Ik heb gekeken wat het effect is van zowel T3 als T4 op spieren en vooral op de vorming van spieren.
Om na te bootsen wat er met spieren gebeurt wanneer iemand teveel schildklierhormoon heeft,
kregen de spiercellen T3 of T4; daarna onderzocht ik wat er precies gebeurde.
T3 en T4 bleken allebei de vorming van spieren te versnellen.
Dit was onder andere te zien onder de microscoop, omdat er al na een dag of vier meer spieren gevormd waren
na behandeling met T3 en T4. Ook mat ik een eiwit: myogenine.
Dit eiwit is nodig voor het vormen van spieren uit losse spiercellen.
Zowel T3 als T4 zorgden ervoor dat de spiercellen meer myogenine gingen maken.
Het opvallende is, is dat T3 en T4 evenveel effect op de spiercellen hadden; beide schildklierhormonen zorgden voor
versnelling van spiervorming.
Daarom zou T4 wel eens een belangrijke rol kunnen spelen bij spiervorming en hoeft niet alleen T3 belangrijk te zijn.

Hoe T3 en T4 spiercellen aanzetten tot spiervorming

T3 en T4 zorgen dus voor meer spiervezels, maar hoe gebeurt dat? Welke andere hormonen of stofjes die de spieren aanmaken, spelen een rol? Wanneer precies bekend is hoe schildklierhormonen de spieren beïnvloeden,
kan beter gezocht worden naar een manier om in te grijpen als het mis gaat.

Daarom heb ik ook onderzocht hòe T3 en T4 de spieren stimuleren tot spiervorming.
Spieren zijn zelf een soort kleine fabriekjes, die allerlei stoffen kunnen aanmaken.
Spiercellen maken bijvoorbeeld een groeifactor die lijkt op insuline, bekend van suikerziekte.
Deze groeifactor, IGF, kan spiercellen aanzetten tot spiervorming. -Daarom is onder andere ook gekeken of schildklierhormonen invloed hebben op IGF en
misschien zo de spiervorming versnellen.
Nadat de spiercellen weer een behandeling hadden gekregen met T3 of T4, is gemeten hoeveel IGF de losse spiercellen en de spieren maakten.
Zowel T3 als T4 hadden geen effect op de
hoeveelheid IGF in de spieren en spiercellen.
Ook keek ik naar een klein eiwitje dat een rol speelt
bij spiervorming. Dit eiwitje heet p21 en wordt ook
door de spieren gemaakt.
Na behandeling van T3 en T4 maakten de spiercellen meer p21. Waarschijnlijk zorgt dit eiwitje ervoor dat
de cellen sneller klaar zijn om te gaan samensmelten
tot spieren. Het grappige is dat T4 weer hetzelfde effect heeft als T3.

Als deel van het onderzoek zijn nog meer mogelijkheden bekeken en zijn we meer te weten gekomen over hoe schildklierhormonen spieren beïnvloeden.
Hopelijk leiden al deze kleine stukjes informatie over de werking van schildklierhormonen, tot een betere behandeling van schildklierpatiënten met spierproblemen.
Siona Slob

Samenvatting van de resultaten van de effecten van schildklierhormonen op spiervorming. Voor verdere uitleg, zie tekst.
+ : positief effect, ≠ : geen effect, ? : onbekend

__________________________________________________________________________
Schommelen met de schildklier
Lezing Professor Henneman voor vrijwilligers van de Schildklierstichting
Uit het Schildklier Magazine september 2005 van Schildklierstichting Nederland

Schommelen met de schildklier.
Lezing professor Henneman voor vrijwilligers van de Schildklierstichting

Zaterdag 11 juni was de vrijwilligersdag van de Schildklierstichting.
Professor Henneman was wederom bereid om de vrijwilligers bij te scholen.
Verslag opgesteld door Jenny Pannekoek, Werkgroep Brabant.

Anatomie.
Na wat anatomie (waar zit die klier, hoe ziet ze eruit en let op: je hebt nog twee kleine kliertjes ter grootte
van een rijstkorrel achter iedere kwab zitten, die zorgen voor de calciumhuishouding in je lichaam)
vertelt professor Henneman over het dagelijks spel van de hypofyse, schildklier en lever.


De dagelijkse routine van de hypofyse, schildklier en lever.
De hypofyse stimuleert de werking van de schildklier via afgifte van TSH (Thyroid Stimulating Hormone).
De schildklier maakt hierop heel veel T4 en 20% van de benodigde voorraad T3 aan.
T4 doet vooralsnog niets in het lichaam, het moet worden omgezet naar het werkzame hormoon T3.
Deze omzetting gebeurt in de lever. 80% van de benodigde T3 wordt in dit orgaan omgezet vanuit de T4 die aanwezig is.


Er moet worden gezorgd voor een optimale T4/T3 verhouding.
Omdat er voldoende T3 moet zijn in een lichaam, krijgen schildklierpatiënten meer T4 (levothyroxine, bv thyrax).
Want de omzetting in de lever moet ook zorgen voor de 20% T3 die de schildklier normaal zelf aanmaakt
(en mogelijk bij schildklierpatiënten al niet meer het geval kan zijn).
----Verder zorgt het lichaam voor de afbraak van een teveel aan T4, en dat heet “Reverse T3”.
Dat heeft verder geen betekenis meer voor het lichaam.
----Alle weefsels in het lichaam maken overigens zelf ook T3 uit T4, dus niet alleen de lever.
Een orgaan die dat niet doet werkt minder goed.


Storingen van de schildklier.
· Een hyperpatiënt maakt teveel hormoon aan; dit kun je opmerken aan de hand van een onderdrukte
-TSH aanmaak en een hoge FT4.
· Een hypopatiënt maakt te weinig hormoon aan; dit kun je opmerken aan de hand van een hoge TSH en lage FT4.
· In zeldzame gevallen is er sprake van hypothyrodism; dan is de hypofyse ziek en dit kenmerkt zich in een
-normale/lichtverhoogde of lage TSH met een lage FT4.

Voordat de ziekte zich echt openbaart in duidelijke bloedwaarden, sluimert er al wel iets, maar dat is aan de bloedwaarden
nog niet te zien. Sommigen kunnen dan al wel diverse klachten ervaren.
Gelukkig zijn de meetmethoden in de loop der jaren behoorlijk verbeterd.

Wat is een afwijkende TSH waarde?
Er zijn op dit moment (internationale) discussies bij welke TSH er sprake is van een afwijking.
Henneman stelt: een TSH boven de 2,5 is al verdacht. Een TSH boven de 3,5 is dat zeker.
Om een uitspraak te doen over de gezondheid moeten de FT4 en antistoffen bepaald worden en de klachten
geïnventariseerd worden.

T3 waarden.
Het verloop van T3 in je bloed schommelt heel erg en is van vele factoren afhankelijk, zelfs van het dieet dat je volgt.
Door het niet eten, en dat geldt al na een paar uur, daalt de T3.
-Door het eten van eiwitrijke voeding daalt de T3. Door het eten van koolhydraatrijke voeding stijgt de T3.
Jenny Pannekoek: Mijn eigen interpretatie van dit gegeven is dat je als schildklierpatiënt baat kunt hebben bij
een zo constant mogelijke gezonde voeding, om je T3 zo weinig mogelijk te laten schommelen.

Schildklier en zwangerschap.
Zonder schildklier is een zwangerschap niet mogelijk.
Dus moeten hormonen worden ingenomen voor een zo gezond mogelijke zwangerschap.
-De meest recente medische richtlijn sinds 6 maanden op dit gebied is:
· Zoveel mogelijk levothyroxine (bijvoorbeeld thyrax) gebruiken, omdat T4 in de hersenen van de foetus wordt omgezet in T3.
Aan T3 inname door de moeder zou de foetus niets hebben.
Jenny Pannekoek: De moeder mogelijk wel, als ze specifieke klachten heeft die goed reageren op T3 en ze erg veel last heeft.
· De FT4 zo hoog mogelijk, waarbij de TSH aan de ondergrens van de norm moet zijn. Dus lager dan 0,5 mag. Dit de gehele zwangerschap door, van begin tot eind.
· Aan het begin van de zwangerschap moet de T4 inname altijd al met 30% omhoog.
· Iedere 4 weken van de zwangerschap moeten de waarden van de patiënt gecontroleerd worden.
· Na de bevalling mag pas de medicatie worden teruggebracht, in één keer, tot de dosis die gold voor de zwangerschap.
Jenny Pannekoek: Let op; een postnatale depressie komt vaker voor bij schildklierpatiënten.

Schildklier en antistoffen.
Er zijn 3 soorten antistoffen die op de schildklier werken.
TSI, anti-TPO en anti-Tg. De TSI komen vaak voor bij hypers, de anti-TPO en anti-Tg bij hypo’s.
17% van alle vrouwen heeft antistoffen tegen TPO ten opzichte van 8,7% van de mannen.
Bij het stijgen van de leeftijd neemt de aanwezigheid van TPO antistoffen in de mensheid toe.
Bij een populatie van 80- jarigen heeft 30% van de vrouwen TPO antistoffen ten opzichte van 12% van de mannen.
-Met antistoffen tegen TPO is de kans 70 keer groter dat je de hypothyreoidie ontwikkelt ten opzichte van mensen zonder antistoffen.


Relatie tussen TSH en hart- en vaatziekten bij gezonde mensen (zonder schildklierhormoongebruik).
Onderzoek bij mensen zonder bekend schildklierprobleem laat zien dat zij met een wat hogere TSH langer leven dan
zij met een lagere TSH (TSH < 0,5). Dit geldt niet voor hen die een schildklierprobleem hebben en
daarvoor medicatie gebruiken. Dat is nog niet onderzocht.

Botontkalking.
Een onderdrukte TSH veroorzaakt door schildklierhormoon bij schildklierpatiënten, zorgt in het algemeen niet
voor botontkalking. Wel komt botontkalking vaker voor bij schildklierpatiënten als het TSH te laag is.
Houdt dus je calciumhuishouding in de gaten. Je kan onderzoek laten doen naar je botmassa bij de internist.

T4/T3 discussie.
Een onderzoek in Litouwen heeft eens aangetoond dat schildklierpatiënten baat hebben bij een
combinatietherapie van T4/T3. Helaas hebben vervolgonderzoeken zo’n conclusie nooit meer kunnen aantonen.
Het gerucht gaat dat een aantal van deze vervolgonderzoeken werden gefinancierd door de pharmaceutische industrie
die veel baat hebben bij de verkoop van levothyroxine (bv. thyrax).
Maar heel veel patiënten claimen zich beter te voelen bij een combinatietherapie.
Dat zou kunnen komen doordat de lever niet voldoende T4 naar T3 omzet, of doordat de patiënt nog steeds te weinig
T4 gebruikt, omdat ze hyperverschijnselen krijgt bij het nog meer gebruiken van T4.


Onderzoek door professor Henneman en professor Krenning.
Aan 20 patiënten werd 6 weken alleen T4 verstrekt. Daarna werd hen gedurende 6 weken cytomel verstrekt
(een klein beetje T4 eraf, met ¼ tablet cytomel erbij) en daarna werd hen gedurende 6 weken T4 met
time released T3 gegeven. De patiënten zelf wisten niet welk middel zij toegediend kregen.
Uit het onderzoek blijkt het volgende:

· Patiënten met alleen T4 hadden goede stabiele waarden van de T3 en T4. Alleen hun onderlinge verhouding week sterk af.
· De patiënten die cytomel kregen piekten met hun T3 waarden. Hun verhouding T3 en T4 was beter dan bij T4 alleen,
-maar nog niet ideaal.
· De patiënten met time released T3 hadden goede stabiele T3 en T4 waarden en ook de verhouding was beter,
-maar nog niet ideaal. Aanpassing in de toekomst van deT4/time releasedT3 hoeveelheden kan deze verhouding nog
-verbeteren. De conclusie was dat de natuur zo het best werd nagebootst.

Waarom is er dan nog steeds geen time released T3 op de markt? Omdat de farmaceutische industrie denkt
er niet genoeg aan te kunnen verdienen. De exacte reden weet waarschijnlijk alleen deze industrie.
Helaas is onderzoek erg duur en kunnen er geen investeerders worden gevonden voor onderzoek.
En dat terwijl er nog zoveel onderzocht moet worden.

Medicijnen die de hormoonwaarden van de schildklier beïnvloeden in het bloed.
Tot slot laat professor Henneman een lijst zien met alle medicijnen die invloed hebben op de
hormoonwaarden van de schildklier in het bloed. Hiermee moet je rekening houden bij het
interpreteren van je bloedwaarden. Als je met het medicijn stopt, heeft dat effect op je bloedwaarden.
Een voorbeeld: aspirine, bijvoorbeeld als bloedverdunner zoals veel schilklierpatiënten hem nemen,
verhoogt de FT4 in je bloed. Binnenkort zendt voorzitter Peter Lakwijk het overzicht rond van de
interactie van medicijnen, op de bloedwaarden (voor zover op dit moment bekend).

Website.
Professor Henneman heeft een internetsite www.mijnspecialist.nl.
Hierop schrijft hij regelmatig een column waarin bepaalde zaken aan de orde komen.
__________________________________________________________________________
Dossier Sport van Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
(Kabinetsnota "Langer gezond leven 2004-2007" die in het kader van het preventiebeleid is verschenen. Hierin worden o.a. concrete actiepunten met betrekking tot preventie en bewegen besproken.

In hoofdstuk 4 wordt aandacht besteed aan het onderzoek dat gedaan is naar bepaalde ziekten. Er is een Top 20 samengesteld met aandoeningen die de grootste "ziektelast" hebben. Uit deze criteria zijn zijn zes prioriteiten gehaald die voorrang krijgen met de aanpak. De klachten met schildklieraandoeningen staan niet in deze lijst.

Maar het Sportbeleid van het ministerie is erop gericht om meer mensen aan het bewegen te krijgen. Twee subsidieregelingen van het Ministerie van VWS zetten gemeenten, sportbonden en provincies aan tot een actiever sportbeleid op lokaal niveau: de Breedtesportimpuls en de BOS-impuls (Buurt, Onderwijs, Sport). Meer hierover kunt u lezen op de website van ons ministerie www.minvws.nl onder het dossier Sport.)